Vocabulum Online Overhoren


Woordenlijst: Kap7 Redemittel H

Duits - Nederlands

Naam: Kap7 Redemittel H

Omschrijving:

Toegevoegd op: maandag 21 april 2008

Categorie: Neue Kontakte 1 bkgt

 

Primaire taal: Duits

Secundaire taal: Nederlands

 

Aantal keer gedownload: 62

Aantal keer overhoord: 0

 

AddThis Social Bookmark Button
Duits Opmerking (Duits) Nederlands Opmerking (Nederlands)
1 In welche Schule gehst du? Naar welke school ga jij?
2 Ich gehe in eine Hauptschule. Ik ga naar het vmbo.
3 Und in welche Klasse? En in welke klas zit je?
4 In die siebte. In de zevende.
5 Was ist dein Lieblingsfach? Wat is jouw lievelingsvak?
6 Mein Lieblingsfach ist Sport. Mijn lievelingsvak is gym.
7 Wie viel Stunden hast du pro Woche? Hoeveel lesuren heb jij per week?
8 Ich habe 32 Stunden pro Woche. Ik heb 32 lesuren per week.
9 Wann hast du Deutsch? Wanneer heb jij Duits?
10 Am Mittwoch und am Donnerstag. Op woensdag en op donderdag.
11 Weißt du, wie spät es ist? Weet jij, hoe laat het is?
12 Nein, ich weiß es auch nicht. Nee, ik weet het ook niet.
13 Wie findest du Erdkunde? Hoe vind jij aardrijkskunde?
14 Erdkunde finde ich langweilig. Aardrijkskunde vind ik saai.
15 Und Niederländisch? En Nederlands?
16 Niederländisch finde ich toll. Nederlands vind ik heel leuk.
17 Welches Fach findest du blöd? Welk vak vind je stom?
18 Ich finde Englisch blöd. Ik vind Engels stom.
19 Ich finde Biologie schrecklich. Und du? Ik vind biologie vreselijk. En jij?
20 Das finde ich auch. Dat vind ik ook.
21 Was haben wir die vierte Stunde? Wat hebben we het vierde uur?
22 Dann haben wir Mathe. Dan hebben we wiskunde.
23 Wann ist die Schule aus? Wanneer ben je vrij?
24 Um halb drei gehe ich nach Hause. Om half drie ga ik naar huis.
25 Wann machst du Hausaufgaben? Wanneer maak jij huiswerk?
26 Die Hausaufgaben mache ich um vier Uhr. Om vier uur maak ik mijn huiswerk.
27 Hast du die Hausaufgaben gemacht? Heb jij het huiswerk gemaakt?
28 Nein, das habe ich vergessen. Nee, dat ben ik vergeten.
29 Wie spät bist nach Hause gegangen? Hoe laat ben jij naar huis gegaan?
30 Um halb elf. Om half elf.
31 Was hat der Leher gesagt? Wat heeft de leraar gezegd?
32 Er hat mich nicht gehört. Hij heeft me niet gehoord.
33 Hat Peter sein Buch gelesen? Heeft Peter zijn boek gelezen?
34 Nein, er hat geschlafen. Nee, hij heeft geslapen.
35 Was sind deine Lieblingsfarben? Wat zijn jouw lievelingskleuren?
36 Meine Lieblingsfarben sind rot, blau und rosa. Mijn lievelingskleuren zijn rood, blauw en roze.
37 Wie findest du braun? Hoe vind jij bruin?
38 Braun finde ich langweilig. Aber grau ist toll. Bruin vind ik saai. maar grijs is heel mooi.
39 Und grün? Wie findest du das? En groen? Hoe vind je dat?
Vocabulum Online Overhoren help

Help voor deze pagina:

Lijsten kopieëren en overnemen

Copyright © 2006 - 2015 Vereyon  |  Twitter  |  Hoogste spaarrente  |  Rente vergelijken