1 |
Yesterday I started horse riding. |
Gisteren begon ik met paardrijden. |
2 |
Last week he stayed at an expensive hotel. |
Vorige week logeerde hij in een duur hotel. |
3 |
On that day the girl visited an old castle. |
Op die dag bezocht het meisje een oud kasteel. |
4 |
Two years ago we bought a new DVD player. |
Twee jaar geleden kochten we een nieuwe dvd-speler. |
5 |
In 2005 our neighbours gave a big party. |
In 2005 gaven onze buren een groot feest. |
6 |
Yesterday our neighbours stayed at an expensive hotel. |
Gisteren logeerden onze buren in een duur hotel. |
7 |
Last week the girl started horse riding. |
Vorige week begon het meisje met paardrijden. |
8 |
On that day I gave a big party. |
Op die dag gaf ik een groot feest. |
9 |
Two years ago he bought a new DVD player. |
Twee jaar geleden kocht hij een nieuwe dvd-speler. |
10 |
In 2005 we visited an old castle. |
In 2005 bezochten we een oud kasteel. |